Schuimend wit

5 maart 2010 - Guadalajara, Mexico

Dan een tweede bericht in een week tijd; ongebruikelijk, maar na het nogal deprimerende verhaal van afgelopen dinsdag wil ik even wat dingen toevoegen. Het klopt dat het inderdaad niet bijster lekker loopt op de universiteit en daar maak ik me natuurlijk veel te druk over. Dus na een skype-sessie met thuisfront en zone Gent (Laura), ben ik wat meer gerust gesteld. Natuurlijk zijn de mensen van daar niet hier, maar ze kennen me. Ik zou mezelf moeten kennen onderhand, maar het lijkt nog steeds op het tegendeel.

Woensdag had ik genoeg van de neergaande teneur, dus heb ik samen met Valerie, een Canadese studiegenote, de rammelbus nummer 633 naar Zapopan genomen: een aan Guadalajara vastgeklonken gemeente, ooit een schattig dorpje met groene weiden vol met Nahuatl-sprekende indianen. Nu een rook-uitspuwende suburb, omringd door toeterende zesbaanswegen en een prachtig en heel rustig koloniaal centrum. Mexico drukt haar tegenstrijdigheden werkelijk in elke mogelijke manier uit. Ik heb het op mijn hals gehaald om een presentatie te geven over de Maagd van Zapopan (een driehoekig en streng kijkend Mariaatje met zwart haar) en die in vergelijking te zetten met de Maagd van Den Bosch. Aangezien de bibliotheek van mijn faculteit extreem karig is met informatievoorziening, was ik gedwongen af te reizen naar het gemeentearchief aldaar. Vergezeld van een brief met fluwelige, deftige woorden die alle poorten zonder Simsalabim zouden moeten openen kwamen we daar aan. Eerst moest er wel een stoffige vlakte worden doorkruist, een stoep bewandeld worden langs een politieacademie waar allerlei testosteronvaten hitsig touwtje stonden te springen, de ogen gefixeerd op mijn Canadese gezelschap. Na dit epische wandelingetje, werd ik geholpen door ontzettend hulpvaardige en vriendelijke mensen die me een van de geleende boeken zelfs cadeau wilden doen: ze vonden het allemaal prachtig dat een buitenlander van zo ver weg 'onderzoek'  (?) kwam doen naar een lokale stadspatroon. Enige uren in dit betonnen futuristische informatiepaleisje later hadden we het wel geschoten en zijn we de basiliek gaan bekijken in de brandende zon. Ik wist dat er een pulqueplek moest zijn op de lokale markt, en daar hadden we allebei wel behoefte aan.

Pulque... een drankje dat al bestond voor de knarsende laarzen-dictatuur ("Kolonie") van Nieuw-Hispanje.  Gemaakt uit het zoete sap van de Magueyplant (agavesoort?) dat men laat fermenteren tot een wittig goedje dat licht schuimt en een prettig alcoholpercentage heeft. Ontzettend populair in de voorbije eeuwen, maar als je er nu om vraagt wordt je vreemd aangekeken, al was je zelf een wandelend koloniaal artefact uit bijvoorbeeld het gemeentearchief van Zapopan. Vorige week had een klasgenote een presentatie gegeven over dit fenomeen en ons allen het friszurige drankje laten proeven. Ik was verliefd. In tegenstelling tot bier, wijn en destillaten trekt dit het niet omlaag, maar brengt het juist de geest omhoog. Het is stiekem toch nog wel sterk hoewel je het niet zo proeft; je wordt er schielijk dronken van. Vorige week had ik slechts twee keer een half bekertje en was ik al vrolijk, nu werd ons een volle mok a 70 CL geserveerd, waar ik onbezorgd van begon te teugen. Even was ik vergeten dat ik niet zo gek veel in mijn maag had, die vervolgens ook dusdanig zurig begon te protesteren dat ik met een wat onvaste tred tacos ben gaan halen. De dame van de betreffende tacokraam (ondertussen tacos in borrelend hete olie duwend met haar blote handen zonder een kick te geven) wist me te melden dat ik ook wel pulque aan het drinken was van een plek die bekend stond om het hoge alcoholpercentage, en het was er nog duur ook. Nadat de beste pulqueman zijn corridocollectie had langs laten komen en ik ondertussen van enigzins tipsy naar katsdronken was geschoven, zijn we beleefd vertrokken en heb ik op weg naar de bus terug kwelerig mijn lief gebeld, die vertederd constateerde dat ik inderdaad wel een beetje scheutig klonk.

Na dit nogal Mexicaanse uitstapje ben ik - na wat te gaan eten in een Godzijdank vegetarisch restaurant- een kleine observatie-pauze gaan maken op het pleintje tegenover de kathedraal in Guadalajara:

{Ik zie en kijk.
Woorden vran vreugde schuimen door mijn vingertoppen
Dit land van Mexica, van vermorzelaars en veroveraars
van gemengd bloed en zonlicht.
Kuier dan toch, ren niet langer. Zo
is het leven hier: zwaar maar mooi

De schoenpoetser wacht op zijn klanten
met de dame van de bellenblaas
...bolle regenbogen stuiven in een krul...

De mooiste glitternagels. De glimmendste schoenen. De grootste bellen. De meest kleffe stelletjes. De beboterste popcorn. De meest luizige zwervers, de meest luie luilakken en de lichtste pulque die in mijn hoofd zwermt.

De stenen oggen van kathedraalbeelden,
in het schuin oranje licht onder een blauwe lucht.
Hoeveel hebben zijn al gezien?
Harto!}

3 Reacties

  1. mama:
    7 maart 2010
    Dag jongen, met niet één maar zelfs twee maria's in beeld komt het ( zoals meestal)vast allemaal wel weer goed. die van "ons" ontvangt trouwens ook weer homo's. doe je voorzichtig? We spreken elkaar snel, veel liefs, mama
  2. jacqueline dekkers:
    7 maart 2010
    hoi joris
    nou zo te lezen doet alcohol wonderen. ga zo door!!11

    groetjes en liefs jacqueline
  3. Devran:
    4 april 2010
    heb jij skype?? voeg me toe :P devran12 eheheh